Het verschil bestaat uit:

• Kosten AZC Oranje. Halverwege 2017 werd het AZC Oranje gesloten. In 2017 werd aan de uitvoering nog circa € 162.000 besteed. Ook is € 1 miljoen in een voorziening gestort voor het mogelijk niet terug ontvangen van de voorgeschoten bedragen aan JADE.
• De vrijval van de uitvoeringskosten inburgering. Vanaf 2019 wordt hiervoor geen budget meer geraamd. De kosten worden hierdoor bijna € 310.000 lager.
• De incidentele bijdrage voor het project Mooi Op Eigen Kracht van € 30.000. MOEK is een project dat om het jaar wordt uitgevoerd. Dat betekent dat voor 2019  hiervoor geen budget is geraamd. Het is  de bedoeling dit project voort te zetten in 2020.
• De beschikbare middelen voor het project Vitaal platteland. Het restant van de bijdrage 2017 te weten € 52.000 is overgeheveld naar 2018. In 2018 is ook de provinciale bijdrage  van € 50.000 toegevoegd aan dit budget.
• De beschikbare middelen voor het project onbeperkt holdbaar dorpshuizen. In 2018 is hiervoor nog € 19.000 beschikbaar.
• Mutaties van het toegerekend aandeel apparaatskosten binnendienst. Vanaf 2019 zijn toegerekende uren verhoogd. Ten opzichte van 2018 ontstaat hierdoor een verhoging van circa € 40.000. In de daarop volgende jaren stijgen door loon- en prijsontwikkelingen deze posten jaarlijks met circa € 12.000.
• Mutaties meerjarenonderhoudsplan gemeentelijke gebouwen. Op grond van het meerjarenonderhoudsplan gemeentelijke gebouwen schommelt jaarlijks het onderhoud van onze dorpshuizen en jeugdsozen. Het totale onderhoud loopt via de reserve Onderhoud gebouwen.

• Hogere subsidies. Aan diverse gesubsidieerde instellingen: sociale raadsvrouw, st. Vluchtingenwerk, st. Welzijn Midden-Drenthe worden hogere bijdragen verstrekt. Door (verwachte) loon- en prijsontwikkelingen ontvangen de gesubsidieerde instellingen jaarlijks een hogere subsidie. Voor 2019 wordt deze extra subsidie geraamd op bijna € 52.000. In de jaren erna stijgt deze subsidie elk jaar gemiddeld met circa  € 53.000.

Het verschil bestaat uit:

• Mutaties van het toegerekend aandeel apparaatskosten binnendienst. In 2018 zijn de uren voor het product eerstelijnsloket Jeugd fors verhoogd. In 2018 wordt € 103.000 meer begroot dan in 2017. Vervolgens zijn door herschikking van de werkzaamheden toegerekende uren vanaf 2019 weer fors verlaagd. Ten opzichte van 2018 ontstaat hierdoor een verlaging van circa € 187.000. In de daarop volgende jaren stijgen door loon- en prijsontwikkelingen deze posten jaarlijks met circa € 8.000.
• Mutaties budget Eerstelijnsloket jeugd. In 2017 werd € 203.000 besteed. Door herschikking van de werkzaamheden zijn er vanaf 2018 geen bestedingen op dit budget meer.
• Het jaarlijks indexeringen van budgetten door loon- en prijsontwikkelingen. De budgetten voor jeugdmaatschappelijk werk en preventief jeugdbeleid stijgen jaarlijks met circa € 5.000.

Het verschil bestaat uit:

• Mutaties WWB levensonderhoud. In 2017 werd ten opzichte van 2018 € 190.000 minder besteed aan de diverse budgetten van WWB levensonderhoud.
• Mutaties minimabeleid. In 2017 werd € 194.000 extra uitgegeven aan bijzonder bijstand  en € 70.000 extra aan uitkeringen voor activiteiten.
• Mutaties van het toegerekend aandeel apparaatskosten binnendienst. In 2018 is € 52.000 minder begroot dan dat in 2017 is besteed. Vanaf 2019 zijn toegerekende uren verhoogd waardoor de budgetten met circa € 92.000 zijn verhoogd. In de daarop volgende jaren stijgen door loon- en prijsontwikkelingen deze posten jaarlijks met circa € 26.000.
• Mutaties Kindpakket. Vanaf 2018 wordt een budget van € 125.000 opgenomen voor het Kindpakket. Dit budget wordt in 2019 incidenteel met € 23.000 verhoogd maar vanaf 2020 wordt het budget met € 35.500 structureel verlaagd.
• Wijziging toerekening. Vanaf 2019 worden de automatisering kosten toegerekend aan het taakveld Overhead.  Hierdoor ontstaat er vanaf 2019 een verlaging van € 106.000.

Het verschil bestaat uit:

• Ontwikkelingen Alsecon. Door loon- en prijsstijgingen gaat de bijdrage aan Alescon 2018 € 35.000 omhoog ten opzichte van 2017. In afwachting van de verdere ontwikkeling van deze gemeenschappelijke regeling is de begrote bijdrage vanaf 2019 niet meer geïndexeerd.
• Mutaties budget maatschappelijke stage. In 2017 werd nog € 34.000 besteed aan maatschappelijke stage. Vanaf 2018 wordt dit budget niet meer begroot.
• Mutaties van het toegerekend aandeel apparaatskosten binnendienst. In 2018 wordt € 13.000 meer begroot dan dat in 2017 is besteed. Vanaf 2019 zijn toegerekende uren verhoogd waardoor de budgetten ten opzichte van 2018 met circa € 3.000 zijn verhoogd. In de daarop volgende jaren stijgen door loon- en prijsontwikkelingen deze posten jaarlijks met circa € 1.500.

Het verschil bestaat uit:

• Budget impulsbanen. Een incidentele bedrag van € 71.000 voor het creëren van impulsbanen in 2018.
• Mutaties van het toegerekend aandeel apparaatskosten binnendienst. Vanaf 2019 zijn toegerekende uren verhoogd. Ten opzichte van 2018 ontstaat hierdoor een verhoging van circa € 20.000. In de daarop volgende jaren stijgen door loon- en prijsontwikkelingen deze posten jaarlijks met circa € 16.000.
• Mutaties post salariskosten. In  2017 werd € 77.000 en 2018 € 45.000  toegerekend als salariskosten. Vanaf 2019 is deze post komen te vervallen.  

Het verschil bestaat uit:

• Aanpassingen in de beschikbare WVG voorzieningen. Ten opzichte van 2018  werd in 2017 werd € 300.000 minder besteed.. In 2019 vindt er diverse onderlinge verschuivingen plaats binnen de WVG posten en worden de gezamenlijke budgetten met ruim € 6.000 verhoogd. In de jaren erna vindt op basis van de verwachte loon- en prijsontwikkelingen jaarlijks een verhoging van circa € 29.000 plaats.
• Mutaties van het toegerekend aandeel apparaatskosten binnendienst. Door toegenomen werkzaamheden worden meer uren toegerekende waardoor deze budgetten in 2018 met € 124.000 stijgen en vanaf 2019 komt hier nog € 55.000 boven op. In de daarop volgende jaren stijgen door loon- en prijsontwikkelingen deze posten jaarlijks met circa € 10.000.

Het verschil bestaat uit:

• Aanpassingen beschikbare budgetten WMO. Op grond van de verwachte rijksbudgetten, bestedingen voorgaande jaren en ontwikkelingen waren in 2017 overschotten, zijn de budgetten in 2018 verhoogd maar door kortingen in 2019 weer lager bijgesteld. Per saldo waren de bestedingen 2017 ruim € 2 miljoen lager dan de begrote budgetten in 2018. In 2019 zijn de budgetten met € 200.000 verhoogd. In de jaren erna worden op grond van ontwikkelingen en van verwachte loon- en prijsstijgingen de  budgetten elk jaar structureel verhoogd: 2020: € 247.000 en 2021: € 220.000 en 2022: € 213.000.
• Mutaties budget schuldhulpverlening. In 2017 werden minder producten schuldhulpverlening ingekocht. Hierdoor ontstond er in dat jaar een voordeel van € 126.000.  In 2018 is incidenteel het budget met € 16.000 verlaagd.
• Mutaties van het toegerekend aandeel apparaatskosten binnendienst. Vanaf 2019 zijn toegerekende uren verlaagd. Ten opzichte van 2018 ontstaat hierdoor een verlaging van circa € 23.000. In de daarop volgende jaren stijgen door loon- en prijsontwikkelingen deze posten jaarlijks met circa € 19.000.

Het verschil bestaat uit:

• Aanpassingen beschikbare budgetten voor Jeugd. Op grond van de verwachte rijksbudgetten, bestedingen voorgaande jaren en ontwikkelingen zijn de budgetten van de posten in 2019 geactualiseerd. Per saldo gaan de budgetten conform de bestedingen in 2017 met bijna € 1,1 miljoen omhoog. In de jaren erna worden op grond van ontwikkelingen en van verwachte loon- en prijsstijgingen de budgetten elk jaar structureel verhoogd: 2020: € 193.000 en 2021: € 156.000 en 2022: €131.000.
• Mutaties van het toegerekend aandeel apparaatskosten binnendienst. Vanaf 2019 zijn toegerekende uren verhoogd. Ten opzichte van 2018 ontstaat hierdoor een verhoging van circa € 111.000. In de daarop volgende jaren stijgt door loon- en prijsontwikkelingen deze post jaarlijks met circa € 7.000.

Het verschil bestaat uit:

• Aanpassingen beschikbare budgetten voor veiligheid, jeugdreclassering en opvang jeugd. Op grond van de verwachte rijksbudgetten, bestedingen voorgaande jaren en ontwikkelingen zijn de budgetten van de posten in 2019 geactualiseerd. Per saldo gaan de budgetten met bijna € 141.000 omlaag. In de jaren erna worden op grond van ontwikkelingen en van verwachte loon- en prijsstijgingen de budgetten elk jaar structureel met circa € 6.000 verhoogd.
• Mutaties van het toegerekend aandeel apparaatskosten binnendienst. De verlaging van de uren in 2018 zijn in 2019 weer teruggedraaid. Het verlaging van € 63.000 in 2018 wordt in 2019 weer een verhoging van circa € 80.000. In de daarop volgende jaren stijgt door loon- en prijsontwikkelingen deze post jaarlijks met circa € 3.000.

Het verschil bestaat uit:

• Baten AZC Oranje. Van het rijk werd in 2017 € 474.000 ontvangen als OHVA vergoeding voor het huisvesten van asielzoekers voor het voortgezet onderwijs en € 148.000 als aanvullende OHBA vergoeding voor extra huisvesting  van asielzoekers voor het basisonderwijs.  Hiernaast is € 30.000 aan gemaakte energiekosten gedeclareerd bij JADE en € 37.000 bij COA voor het inschrijven van asielzoekers in onze basisadministratie.
• De provinciale bijdrage voor het project Vitaal platteland. In 2018 is hiervoor € 50.000 ontvangen. De jaren erna zijn er geen financiële mutaties.

Er zijn op dit taakveld geen baten begroot.

Het verschil bestaat uit:

• Mutaties 2017.   Ten opzichte van 2018 werd in 2017 € 345.000 minder rijksbijdrage ontvangen voor WWB levensonderhoud. Hiertegenover staan ook lagere lasten en werd ruim € 254.000 teruggevorderd aan uitkeringen.
• In de jaren 2018 tot en met 2022 zijn er geen mutaties begroot in de baten.

Er zijn op dit taakveld geen baten begroot.

Het verschil bestaat uit:

• Subsidie impulsbanen. Een incidentele bijdrage in 2018 van € 73.000 vanuit de Europese Unie voor het creëren van impulsbanen.

Het verschil bestaat uit:

• Aanpassing van de  terug ontvangen bedragen. Op grond van de werkelijke ontvangsten in 2017 is vanaf 2019 deze begrotingspost met € 22.000 verlaagd.

Het verschil bestaat uit:

• Verlaging van de eigen bijdrage huishoudelijke verzorging. Op basis van werkelijke baten in 2017 is de eigen bijdrage vanaf 2019 verlaagd met bijna € 47.000.

Het verschil bestaat uit:

• Ouderlijke bijdrage. In 2017 werd bijna € 2.000 als ouderbijdragen individuele voorzieningen en opvang jeugd ontvangen. In de overige jaren wordt er op dit taakveld geen baten begroot.

Er zijn op dit taakveld geen baten begroot.